Grafroof of vooroudercultus? Heropende graven uit de Vroege Middeleeuwen.

Lezing door Dr. M. van Haperen.
Martine van Haperen promoveerde in 2017 aan de Universiteit Leiden op grafgebruiken in de Vroege Middeleeuwen.

De pracht en praal van Merovingische graven verleidt ons om te denken dat zij bedoeld waren om voor de eeuwigheid onaangeroerd te blijven liggen. De praktijk was echter anders. Net als elders in Noordwest Europa werd in de Lage Landen soms bijna de helft van de graven tijdens de gebruiksperiode van het grafveld heropend, vaak al binnen één generatie na de begrafenis. De ‘grafrovers’ doorzochten de inhoud van de graven en namen (delen van) objecten en wellicht ook skeletmateriaal mee.

Deze handelingen worden traditioneel geïnterpreteerd als ‘grafroof’, een economisch gemotiveerde en criminele praktijk. Bij het bestuderen van de graven komen echter allerlei kenmerken aan het licht die niet overeenkomen met deze interpretatie. Er zijn daarom ook andere verklaringen mogelijk. Het heropenen kan als onderdeel van de normale omgang met de overledenen en hun graven gezien worden.

Voor de studie van heropende graven moeten gedetailleerde gegevens worden verzameld over de vorm van de verstoring in de grafstructuur en de verspreiding van objecten en botmateriaal in het graf. Verschillende grafvelden uit Nederland en België vormen hiervoor goede onderzoeksmogelijkheden omdat ze zorgvuldig zijn opgegraven en gedocumenteerd.

Deze lezing gaat in op de kenmerken van heropende graven in Nederland en omliggende gebieden. Ook zal er aandacht zijn voor de specifieke methodologie van het opgraven en het uitwerken van heropende graven. Tot slot worden verschillende mogelijke verklaringen voor het heropenen van graven besproken.


 

 

Welkom, inloggen voor DPV-leden
Nieuws > Lezing door Dr. M. van Haperen:Grafroof of vooroudercultus? Heropende graven uit de Vroege Middeleeuwen